Jany Rademakers over kinderseksualiteit 'Seksuele ervaring maakt jongeren liberaler' Door Martijn P.N. van Kerkhof Nederlandse jongeren beginnen doorgaans pas aan seks als ze eraan toe zijn. 'Ze leren dat partners met elkaar moeten onderhandelen,' vertelt ontwikkelingspsycholoog Jany Rademakers. Op 29 september ontving zij tijdens het congres Kinderen, jongeren en hun seksualiteit de Van Emde Boas-Van Usselprijs 1999 voor haar onderzoek op het gebied van de seksuele ontwikkeling van kinderen en jongeren. Foto-onderschriften: - Ouders hebben veel invloed op de ontwikkeling van seksuele gevoelens, zowel in positieve als in negatieve zin. - Onderzoeker Jany Rademakers: 'Ik denk dat jongens er grote behoefte aan hebben met een man over de invulling van hun mannelijkheid te praten.' - Nederlandse jongeren hebben een jaar of veertien de tijd om te experimenteren met hun seksualiteit. Tussenschrift: 'Ik sluit niet uit dat jongens van nature meer gericht zijn op seks' 'Kinderen hebben ontegenzeglijk seksuele gevoelens. Mensen willen daar vaak niet aan. Maar de drie grondelementen van seksualiteit - gender, intimiteit en lichamelijkheid - blijken ook van groot belang in het leven van kinderen,' stelt Rademakers, onderzoeker bij het Nederlands Instituut voor Sociaal Seksuologisch Onderzoek (NISSO). 'Al vroeg gaan kinderen op zoek naar de verschillen tussen jongetjes en meisjes. Allerlei spelletjes bedenken ze daaromheen. Dat is het eerste element. We weten ook allemaal dat intimiteit essentieel is voor kinderen. Geknuffeld worden is voor hen net ze belangrijk als eten en drinken. De hechting met hun verzorgers komt daardoor tot stand, en die eerste hechtingen hebben een enorme impact op de rest van hun leven. Het derde element is lichamelijkheid. Kinderen vinden het heerlijk om zichzelf aan te raken. Ik zie dat bij mijn zoontje van 6. Die weet heel goed wat ie lekker vindt.' 'Het punt is echter dat hun seksualiteit veel diffuser is dan bij volwassenen. Hun gevoelens waaieren alle kanten uit. Veel kinderen, zo bleek in een onderzoek dat ik heb gedaan, zijn verliefd op een vriendje of vriendinnetje. Maar dat hoeft nog niet te betekenen dat ze met elkaar gaan zoenen. Pas later in hun leven verbinden ze het een met het ander. In tegenstelling tot kinderen koppelen volwassenen die dingen gemakkelijk aan elkaar. Ouders hebben veel. invloed op de ontwikkeling van die gevoelens, zowel positief als negatief, Als een kind almaar te horen krijgt dat het niet aan zichzelf mag zitten, moeten we niet verbaasd opkijken dat het zich later geremd en terughoudend gedraagt,' 'Dat ik kinderen seksualiteit toedicht, wil echter niet zeggen dat volwassenen daarmee op de loop mogen qaan, Integendeel, die moeten geen seksuele contacten met kinderen hebben, Daarbij gaat het niet alleen om de eventuele schadelijkheid van zo'n contact. De betekenissen die kinderen en volwassenen aan seksualiteit geven lopen zo ver uiteen dat die werelden gescheiden dienen te blijven. Kinderen onderling, dat is een ander verhaal. Dan is het afhankelijk van de context. Als een jonger en een ouder kind een seksueel spelletje spelen, is er doorgaans weinig aan de hand. Gaat dat echter met dwang of manipulatie gepaard, dan is het oppassen geblazen. Zeker als het lang duurt kan het, net als pesten, traumatische effecten hebben.' Ervaring opdoen Van origine is Jany Rademakers ontwikkelingspsycholoog, In haar werk heeft de studie van de seksuele ontwikkeling van jongeren een prominente plaats. Al vroeg in haar onderzoekscarričre ontdekte ze dat dit proces neut automatisch verloopt, maar dat jongeren met vallen en opstaan naar volwassenheid groeien. 'In het algemeen kun je zeggen dat jongeren liberaler worden naarmate ze meer seksuele en relationele ervaring opdoen. Als ze een jaar of 10 zijn, hebben ze meestal traditionele denkbeelden over seksualiteit, over het huwelijk en de positie van de seksen daarin. Vanuit hun omgeving, en daar valt ook onder wat ze op de tv zien en van hun leeftijdgenootjes horen, krijgen ze een blauwdruk aangereikt. In hun hoofd hebben ze allerlei heelden hoe de werkelijkheid in elkaar zou moeten zitten. Hoe jongens zich moeten gedragen en welke regels voor meisjes gelden, Een snort theoretische kennis.' 'In de praktijk merken ze vervolgens dat het leven gecompliceerder in elkaar steekt, Jongens en meisjes komen er al doende achter dat ze het met het ene vriendje zus moeten aanpakken en met een ander vriendinnetje zo. Door met uiteenlopende partners relaties aan te gaan - hoe kortdurend die soms ook zijn - leren ze aan den lijve de relativiteit in te zien van allerhande voorgebakken ideeën. Jongeren die die ervaringen niet opdoen - vaak de buitenbeentjes - blijven stilstaan. De kans is niet gering dat zij later met verwachtingen blijven rondlopen die nooit en te nimmer ingelost kunnen worden.' In Nederland is de periode waarin jongeren kunnen experimenteren aardig opgerekt. 'Globaal kun je zeggen dat jongeren een jaar of 14 de tijd krijgen om van alles uit te proberen. Aan de onderkant zien we dat de leeftijd waarop de seksuele activiteit start steeds vroeger is geworden. Dat is een fysiologisch proces dat deels met voeding en betere leefomstandigheden te maken heeft. En aan de bovenkant gaan mensen op steeds latere leeftijd een vaste verbintenis aan. Als ik als graadmeter de leeftijd neem waarop vrouwen tegenwoordig hun eerste kind krijgen, dan hebben we het over een gemiddelde van 28 jaar - en 3l jaar als we allochtone vrouwen buiten beschouwing laten.' Zwembadaffaires De culturele omgeving legt een flink gewicht in de schaal in het verloop van dit ontwikkelingsproces. Nederlandse jongeren verschillen op het punt van de seksuele omgang behoorlijk van hun Amerikaanse leeftijdgenoten. Zeker in internationaal gezelschap haalt Rademakers deze vergelijking graag aan, 'In de ogen van veel Amerikanen leven wij in Sodom en Gomorra. Hier zou alles mogen en doet iedereen maar. Terwijl men daar seksuele onthouding voor het huwelijk predikt en er ook nauwelijks voorlichting op scholen wordt gegeven. Het resultaat is er ook naar. In de Verenigde Staten gaan jongeren eerder met elkaar naar bed, komen ongeveer tien keer zoveel tienerzwangerschappen voor en worden meer tieners geplaagd door seksueel overdraagbare aandoeningen,' Het 'repressieve' Amerikaanse klimaat bewerkstelligt zodoende juist datgene wat het pretendeert te voorkomen. 'In de Amerikaanse cultuur domineert de traditionele visie op seksualiteit. En ook ten aanzien van de seksen denkt men stereotiep, Voor jongeren is seks dan ook nog altijd een verboden vrucht, die veelal onder druk van de per group wordt geconsumeerd. . Nederlandse jongeren zijn een stuk nuchterder en beginnen doorgaans pas aan seks als ze er zelf aan toe zijn. Ook huldigen ze meer het standpunt dat jongens en meisjes gelijk zijn en elkaars integriteit dienen te respecteren. Ze leren dat partners met elkaar moeten onderhandelen.' Toch is de kloof tussen de seksen hier allerminst gedicht, Meisjes zijn nog altijd aanmerkelijk beter met sociale vaardigheden toegerust dan jongens. 'Praten over hun gevoelens gaat jongens nog steeds minder goed af. Ze willen wel zacht en begrijpend overkomen, maar hun stoere pose en de idee dat het initiatief van hun kant moet komen, wensen ze evenmin overboord te zetten. Ze zitten vaak gevangen in die tegenstrijdigheid. Bovendien speelt de aanleg een rol. Ik sluit niet uit dat jongens van nature meer gericht zijn op seks. Ze masturberen in elk geval meer en ze zitten ook voor hun puberteit meer aan hun geslacht. Dat ligt ook, letterlijk, meer voor de hand dan bij meisjes. Niet alleen bevindt het vrouwelijk geslachtsdeel zich meer in het verborgene. Ik heb ook wel eens gehoord dat het het meest ongenoemde lichaamsdeel in de menselijke cultuur is.' Rademakers constateert met tevredenheid dat de voorlichting zich meer dan vroeger op jongens richt. 'Jongens hebben een hoop te leren. De aanpassing aan de onderhandelingsmoraal gaat hen het moeilijkst af.' Dat Lijkt ook het geval geweest te zijn met de zwembadaffaires die zich deze zomer in verschillende plaatsen hebben Voorgedaan. Nadat meisjes door groepjes jongens waren lastig gevallen of zelfs aangerand, besloten de directies van sommige baden om aparte uren voor jongens en meisjes in te stellen. Rademakers ziet daar weinig heil in. 'Het ligt er natuurlijk aan hoe ver die jongens gegaan zijn en hoe zeer ze zich hebben misdragen. Maar een van de grootste attracties van zwembaden is juist dat jongeren elkaar daar ontmoeten. Dat ze met elkaar kunnen dollen en stoeien. Doorgaans is daar niks mis mee. Als er echt sprake is van aanranding of verkrachting, dan heb je het over een andere situatie. Maar zelfs dan lost zo'n scheiding niets op. Behalve dat het zwembad van het gedonder af is. Voor de rest is het probleem hoogstwaarschijnlijk alleen verschoven. Mijn idee is dat je het bij scholen en club- en buurthuizen in de omgeving van het zwembad moet aankaarten. Zodat die dat soort gedragingen aan de orde stellen, bijvoorbeeld in de seksuele voorlichting of in het kader van het leren respecteren van elkaars grenzen.' Rademakers constateert nog een probleem als het gaat om de seksuele opvoeding van jongens: het gebrek aan mannelijke voorlichters. 'Ik denk dat jongens er grote behoefte aan hebben met een man over de invulling van hun mannelijkheid van gedachten te wisselen. Het probleem is dat het juist mannen zijn - en leraren horen daar ook bij - die veel moeite hebben om over hun rol te praten.' Dubbele standaard Een actueel thema waar Jany Rademakers zich ook mee bezighoudt is de maagdelijkheidsnorm. In principe wordt daar in de islamitische cultuur onder verstaan dat jongens noch meisjes voor het huwelijk geslachtsgemeenschap mogen hebben. 'Wat mij aan die norm ergert is dat in de praktijk een dubbele standaard geldt. Alle aandacht gaat naar meisjes, en jongens mogen feitelijk doen wat ze willen. Verder vind ik dat ik - maar dat geldt ook voor hulpverleners tot wie meisjes zich met vragen richten - daar geen moreel oordeel over moet vellen. Dat zou getuigen van weinig respect voor hun achtergrond. Je moet ervoor oppassen dat een meisje dat het al moeilijk heeft nog eens een keer veroordeeld wordt.' 'Sommige islamitische meisjes hebben een redelijk permissieve levensstijl. Hun ouders zijn ook tamelijk liberaal. Dan vormt de maagdelijkheid in de regel niet zo'n probleem. Anderen zitten daarentegen klem tussen hun ouders en de normen die ze van huis uit hebben meegekregen enerzijds en hun leeftijdgenoten met wie ze in hun vrije tijd omgaan anderzijds. Ze hebben zich niet aan de regels gehouden en seks gehad met een of meerdere jongens. Die hebben haar er soms ook ingeluisd, met smoesje: als 'Ik zal 'm er maar een klein beetje insteken'. Die meisjes zijn bang dat ze in het traditionele ouderlijk milieu door de mand vallen. En die wenden zich dan tot een hulpverleningsinstantie. Soms willen ze een maagdverklaring, maar het komt ook voor dat ze het maagdenvlies hersteld willen hebben.' 'Bij het NISSO hebben we daar onderzoek naar gedaan en de problematiek in kaart gebracht. Daarnaast hebben we een praktische brochure geschreven voor hulpverleners die met deze vragen te maken krijgen. En net zoals bij jongeren en kinderen huldig ik het standpunt dat de behoefte van deze meisjes centraal. moet staan. Dat de nood zoals zij die ervaren het uitgangspunt van de hulpverlening dient te zijn.' |