Verwarrende sensualiteit
Hoe sensueel is de relatie met je kind eigenlijk, vraagt Daan Borrel zich af na het schrijven van een fictief seksverhaal waarin ze een klein kind liet voorkomen.
Je zou wel kunnen stellen dat ik inmiddels behoorlijk op dreef was geraakt. In korte tijd kreeg ik relatief veel opdrachten tot het schrijven van (fictieve) seksverhalen. Toen ik was toegekomen aan het schrijven van de laatste, besloot ik – [... ... ...] – een moeder en dochter te introduceren. Zoals ik al zei: ik was op dreef. Het plot was simpel: een vrouw (28), sinds één jaar ook alleenstaande moeder, gaat een lang weekend weg met haar kind, naar een strandhuisje van een collega, ze lijkt gelukkig, ze twijfelt wel of ze een verliefdheid op een goede vriend van haar moet omarmen, maar ze is ronduit tevreden nu, alleen met haar kind, overdag genieten ze van het mooie weer, als haar kind naar bed gaat die eerste avond bevredigt ze zichzelf, buiten op het afgekoelde gras, met een rammelaar van haar kind. De volgende zomerse hete dag masturbeert ze nog een keer, dit keer in de duinen, als ze onderweg naar het strand zijn, alleen nu ligt haar kind naast haar te slapen. Het verhaal eindigt met die twee lijven in de golvende zee: het kleine stevig vastgeklampt aan het grote. Dat ik in de maanden voor publicatie een paar keer ’s nachts wakker lag, lag gedeeltelijk aan het verhaal zelf – konden deze seksuele handelingen eigenlijk wel in de buurt van een kind? – maar vooral omdat het verhaal in een seksbundel, Fucking Horny, zou verschijnen. In die context zou het kúnnen lijken dat het kleine kind de bron van haar seksuele opwinding is. Natuurlijk, ík wist van mijn personage dat dat niet het geval was, ze is gewoon geil zoals de meeste mensen op z’n tijd geil zijn, alleen is ze naast mens ook moeder, maar toch begon ik me door dat fictieverhaal meerdere dingen dringend af te vragen. Hoe seksueel is de relatie met je kleine kind eigenlijk, en hoe seksueel zou die mogen zijn? Huidcontact Het leven met kleine kinderen is, in mijn ervaring, heel intiem. Intimiteit hoeft niet per se lichamelijk te zijn, stelt hoogleraar klinische psychologie Paul Verhaeghe in Intimiteit, het gaat eerder over de ander werkelijk zien en zelf werkelijk gezien worden, maar in deze context bedoel ik met intiem wel lichamelijk, als in sensueel; kleine kinderen maken het makkelijk te genieten van lichamelijkheid. Die kleine garnalenvingertjes die de hele dag aan je wangen, mond, oren, buik, borsten friemelen; dat lijfje waar je uren mee rondsjouwt, de tijd die gaat zitten in zorgen dat het zich niet bezeert, in het verzorgen, in het liefkozen. Ik heb nog nooit zoveel huidcontact gehad als in deze periode als jonge ouder. Maar dit betekent natuurlijk nog niet dat de relatie seksueel is. Dat de relatie seksuele opwinding voortbrengt. Dat is wat het jonge ouderschap me juist leert over seksualiteit: zo’n groot deel daarvan bestaat uit sensualiteit; genieten van je eigen of een ander lijf. Of misschien kan ik beter zeggen: sensualiteit behelst zo’n groot deel van seksualiteit, maar ís het niet. Als je aan elkaars lijf zit, betekent dit niet dat je seks gaat hebben. Of dat het er ook maar mee te maken heeft. Natuurlijk, logisch, zou je denken, moet je een kind krijgen om dat te leren? Aan de andere kant: hoe vaak voelen mensen zich bij intiem fysiek contact niet verplicht of verantwoordelijk voor vervolgens ook seksuele handelingen? Hoe vaak associëren we (blote) lichamen wel niet met seks? Dat gebeurt zelfs met kinderlichamen. Zo hoorde ik laatst een verhaal over een vader (mijn generatie) die zijn kind niet wil verschonen. Omdat het een meisje is. Die gedachtegang gaat er dus van uit dat een vulva sowieso iets seksueels is. Daar kan ik lacherig en verontwaardigd over doen, maar ik heb dat eerste jaar ook vaak getwijfeld wat de wereld mocht zien van de fysieke intimiteit tussen mijn dochter en mij. Toen ze een aantal maanden oud was, ‘keek’ ze namelijk met haar mond; alles stopte ze erin; mijn neus, oren, wangen, vingers. Daarna was er een fase dat ze soms haar mond tegen die van mij hield, haar tong uitgestoken. Liet ik dat toe in een restaurant? Nee. De mensen zouden nog denken dát. Wat het zo verwarrend maakt: het fysieke, intieme leven met een kind kan zorgen dat je lichamelijk ‘aan’ komt te staan, zoals een verliefdheid of vrijpartij dat ook kan doen. Het levert dezelfde prettige lichamelijke sensaties op. Zo gaf het geven van borstvoeding mij bijvoorbeeld een opwindend gevoel in mijn onderbuik, verwarrend ja, maar dat maakt de relatie met mijn kind nog niet seksueel: ik streef geen seksuele handelingen met haar na doordat ik die fysieke gevoelens had. Heel hard lachen In 1978 schreef de activist en feminist Audre Lorde het essay Uses of the erotic: the erotic as power. Daarin betoogde Lorde dat het erotische een creatieve, transformatieve kracht is die mensen (in het bijzonder vrouwen) geleerd hebben te onderdrukken, maar die ontzettend veel plezier en bevrediging geeft; het erotische ging volgens Lorde veel verder dan het seksuele en had met pornografie niks te maken. Erotiek gaat namelijk over voelen, in het specifiek voelen wat goed voelt, en in traditionele porno (uit 1978) voelen vrouwen niks. Er bestaat seks die niet erotisch is; erotiek kan ook met seks niks te maken hebben. Lorde toont hoe breed het begrip erotiek is, dansen met anderen kan ook erotisch zijn, of heel hard lachen: het gaat denk ik in de kern over lichamelijk aan staan, over levenslust voelen, soms uit het zich in seks ja, maar erotiek is vooral een cocktail van sensualiteit, liefde, aandacht, zorg. Het is best een vaag begrip, hoe Lorde het omschrijft, en misschien is het daarom dat we haar betekenis van het woord amper kennen. Bij erotiek denken we tegenwoordig toch vooral aan de platte betekenis van het woord: aan seksfilms of romantische boekjes waarin het alleen maar gaat om de spanningsboog of de vrouw uiteindelijk door de man wordt gepenetreerd. Bij erotiek zou ik niet per se denken aan de relatie met je kind. En toch zou ik die misschien wel zo noemen. Is de relatie met je kind niet vooral erotisch, in de betekenis van Lorde? Hoe lastig seksualiteit en erotiek van elkaar te ontwarren zijn, júíst in het jonge ouderschap, blijkt ook uit een aflevering van Where should we begin, een podcast van psychotherapeute Esther Perel waarin je meeluistert naar andermans relatietherapie. In deze specifieke aflevering luisteren we naar een stel, twee vrouwen, die samen twee jonge kinderen hebben; de ene partner (die fulltime werkt) voelt zich afgewezen omdat de andere partner (die huismoeder is) nooit meer met haar wil seksen, of sowieso iets romantisch met z’n tweeën wil doen. Haar verklaring is dat haar huidhonger, haar behoefte aan intimiteit, al compleet gestild wordt in het (lichamelijke) contact met haar kinderen. Dat klinkt logisch: liefde, aandacht, intimiteit, seksualiteit; komt het niet allemaal uit hetzelfde potje? Een potje dat op een bepaald moment genoeg gevuld (of juist op) is. Als je het zo bekijkt, kan de relatie tussen jou en je kind seksueel lijken; het fysieke contact geeft namelijk zelfvertrouwen en geborgenheid, net als met een (seksuele) partner. Maar het zijn twee verschillende dingen: er is een duidelijk verschil tussen sensualiteit (met bijvoorbeeld een kind) en seksualiteit, zegt ook Perel. In het ouderschap ontstaat volgens haar geen seksueel verlangen – het ouderschap staat namelijk synoniem voor geven; zorgen voor anderen. Alleen wanneer je tijd en ruimte hebt voor jezelf, zegt Perel, kun je je eigen seksuele verlangens ontdekken en voelen. We weten natuurlijk niet of de ‘huismoeder’ uit de aflevering (wier eigen moeder, horen we, ook alleen maar had geleerd om voor haar kinderen te zorgen in plaats van voor zichzelf) voor de komst van haar kinderen het onderscheid ook al niet wist te maken tussen sensualiteit (of erotiek) en seksualiteit. De komst van haar twee kinderen heeft dit in ieder geval niet opgehelderd. Wie nooit heeft geleerd om ruimte te maken voor eigen seksuele gevoelens, zal dit met kleine kinderen ook niet snel aanleren, simpelweg door het gebrek aan ruimte voor jezelf. Kussen Uit het boek 100 antwoorden bij seksuele opvoeding (2022) van Belle Barbé blijkt ook dat veel ouders het verwarrend vinden welke handelingen we wel en niet als seksueel beschouwen. Bij vraag acht ‘Hoe ga ik zelf om met het aanraken van het geslachtsdeel van mijn kind’ laat Barbé een ouder aan het woord die haar dochter als kleine baby altijd na het badderen overal op haar lichaam kusjes gaf, ‘haar geslachtsdelen sloeg ik over omdat ik het vreemd vond die te kussen. Tegelijkertijd vond ik het ook gek om het niet te doen’. De ouder (er staat trouwens nergens expliciet dat het een moeder is, vreemd genoeg ga ik daar meteen van uit, alsof dat een veiligere en meer voor de hand liggende optie is) concludeert dat die vooral bezig was met wat ánderen zouden denken. Barbé moedigt in haar boek ouders van jonge kinderen aan om seksualiteit als geheel te normaliseren, al vanaf de geboorte (doe vaker de luier uit, benoem geslachtsdelen als zodanig, en dus niet met ‘fluit’ of ‘pruim’ – dat wekt later alleen maar verwarring op: ‘Peter, wil je een stukje op je fluit spelen voor ons?’), en ze pleit ook voor een veel bewustere seksuele opvoeding, maar hoe erotisch de relatie tussen ouder en kind mag zijn, laat ze aan de ouder over. Als je zelf voelt dat iets niet (meer) kan, doe het dan niet (meer), schrijft ze. Hoe weet je dan of je relatie met je kind alleen erotisch is, en niet seksueel? Hoe vind je voor jezelf en kind die grenzen? Bij een online lezing over seksuele opvoeding van Vallei-orgasme – een bedrijf dat (online) taoïstische cursussen in zelfbeminning verkoopt – vind ik een soort van antwoord. Ze vertellen hoe seksualiteit altijd een belangrijke rol speelt tussen jou en je kind, omdat je als ouder simpelweg seksualiteit voorleeft. Kinderen nemen jouw beleving van seksualiteit over. Als je wilt dat je kind een seksueel veilig persoon wordt, moet je dat dus als ouder zíjn. Een seksueel veilig iemand is volgens hen een persoon die zijn/haar/hun seksualiteit niet onderdrukt maar wiens seksualiteit ook niet grenzeloos is. Als je zelf seksueel veilig bent, concludeer ik daaruit, zal de relatie met je kind ook niet seksueel (onveilig) zijn, maar erotisch.
Zat mijn personage nou ‘fout’ of niet? Kon het wat ze deed? Toen ik een vriendin vertelde over de vraag van dit essay, schoot ze happig rechtovereind op haar stoel, boog zich over het cafétafeltje naar mij toe en begon op fluistertoon een lijstje Bekende Nederlanders op te sommen wier relatie met hun puberkinderen er volgens haar wel erg seksueel uitzag. Ik dacht dat ze grapte. Thuis zocht ik desbetreffende namen toch op, en verrek, ze had gelijk: hoe moeder en zoon naar elkaar keken, hoe vader en dochter samen op een selfie gingen; het hadden net zo goed romantische, seksuele partners kunnen zijn. We leven, wat seksualiteit betreft, in een bijzondere tijd: door #MeToo is er ruimte ontstaan in de maatschappij voor (mogelijke) grote seksuele verandering. Voor vrouwen voorop, maar eigenlijk voor iedere gender. De ervaring leert dat bevrijding van seksualiteit ook tot grenzeloosheid kan leiden, in plaats van tot veiligheid, zoals bijvoorbeeld gebeurde tijdens de seksuele revolutie van de jaren 60. Daarom vraagt deze tijd om een intensivering van het debat: als vrouwen, als mensen, seksueel mogen zijn op hun eigen manier, wat betekent dit dan bijvoorbeeld voor de zorg die ze geven? Hoe creëren we veilige situaties in plaats van grenzeloze? Ik schreef een verhaal waarin ik het ouderschap wilde erotiseren, maar ik gebruikte daarvoor (vooral) seks. Omdat het verschil mij blijkbaar ook niet helder genoeg was. Als mensen in de toekomst meer ruimte krijgen om sensualiteit, erotiek en seksualiteit te ervaren, dan is het belangrijk dat we de verschillen tussen deze termen openlijk bespreken. |