Passage
uit de Inleiding van
Seksueel
misbruik van minderjarigen in de Rooms-katholieke kerk
Commissie Deetman: Deel 1,
Balans, 2011, blz 18
In
dit onderzoek wordt de volgende – strikte – definitie van seksueel
misbruik gebruikt:
Onder seksueel misbruik
wordt verstaan:
Seksuele contacten van
vertegenwoordigers van de
Rooms-Katholieke Kerkprovincie – geestelijken, religieuzen,
pastoraal werkers met een kerkelijk
dienstverband, leken en vrijwilligers werkzaam voor
de kerk –, met een kind of jongere onder de achttien jaar14,
toevertrouwd aan de
verantwoordelijkheid van genoemde vertegenwoordigers, zonder
dat deze, als gevolg van lichamelijk of relationeel overwicht,
emotionele druk, drang of geweld, het
gevoel heeft (gehad) de seksuele contacten te kunnen weigeren.
Onder relationeel
overwicht wordt een ongelijke machtsverhouding (volwassene-minderjarige,
leerkracht-leerling, leiding-jeugdlid e.d.) verstaan.
Onder seksuele contacten
wordt verstaan: Alle daadwerkelijke seksuele aanrakingen,
-
van het aanraken of doen
aanraken van borsten en genitaliën,
-
kussen met
seksuele bedoelingen
-
tot en met
geslachtsgemeenschap (vaginaal, oraal of rectaal),
-
of het binnendringen van
vagina of rectum met voorwerpen of vingers.
Wat slachtoffers onder
seksueel misbruik verstaan, is uiteenlopend van aard:
Waar sprake is van seksueel
misbruik gaat dit in tal van gevallen gepaard met
fysiek geweld of psychische druk, waaronder dreigementen en chantage.
Het gaat dan om het breken van
de wil van het slachtoffer en past zo in een patroon dat aan seksueel
misbruik voorafgaat. Maar soms bestaat de dwang alleen maar
uit de suggestie van de aanname van een dergelijk verband van seksueel misbruik. |