Start ] Omhoog ]

De pedofiele relatie

Jules Mulder 
Justitiële verkenningen, jrg. 41, nr. 4, 2015
Jules Mulder is als adviseur van de directie werkzaam bij het Forensisch Psychiatrisch Centrum De Waag.

  • Tussenkopjes en cursiveringen zijn deels toegevoegd door JON.  

Opmerking - JON:

"De beschrijving van de dynamiek van de pedofiele relatie in dit artikel is voor een groot deel gebaseerd op mijn klinische ervaringen in het behandelen van pedoseksuele mannen gedurende de afgelopen dertig jaar."

De bron van dit artikel is dus reëel, maar mogelijk op onderdelen eenzijdig: (doorgaans veroordeelde) pedoseksuele mannen in (doorgaans verplichte) behandeling. Beschreven is niet de pedofiele relatie, maar de pedofiele relatie die uitloopt op seks. 

Er zijn ook andere verhalen, die niet uitlopen op seks, verteld door pedofiele mannen die, niet veroordeeld, niet verplicht, deelnamen aan de (groeps)gesprekken van de JORis-groepen van de NVSH, die uw webmaster en JON-coördinator heeft beluisterd sinds 35 jaar. In deze verhalen is seksualiteit sporadisch en zeldzaam - en wordt daarna expliciet vermeden. De ethiek van JON enz. is om seksualiteit te vermijden. Dan ontstaat er een ander type verhalen. 

De slotconclusie: 

"De pedofiele relatie kan dus best gewenst zijn, de pedoseksuele niet." 

kunnen wij dan ook volmondig delen. 
JON

Het artikel 

Der Glatzkopf im Pelz weint: ‘Hab ich gestohlen? Hab ich einen Einbruch begangen? Ich bin nur in das Herz eines lieben Menschen eingebrochen. Ich habe ihm gesagt: mein Sonnenschein. Und das war er.’ - Berlin Alexanderplatz, die Geschichte vom Franz Biberkopf. Alexander Döblin

De pedofiele relatie – de liefdesrelatie tussen een volwassene en een kind jonger dan twaalf jaar – wordt algemeen beschouwd als verderfelijk, verboden en slecht. Niettemin zijn dergelijke relaties er door de eeuwen heen altijd wel geweest.

Van de oude Grieken t/m nu

De verontschuldiging die pedoseksuele mannen (dus mannen die hun pedofiele verlangens in daden omzetten) soms gebruiken – ‘dat de oude Grieken het al deden’ – is niet helemaal onwaar. Het betrof daar dan wel een al dan niet seksuele relatie met een adolescent en de jongere was meer het bezit van de volwassene dan dat er een affectieve band was. En ook in die tijd, de eerste eeuwen van onze jaartelling, was dat al niet onomstreden. 

Met de opkomst van de christelijke westerse cultuur werd seksualiteit tussen volwassenen en kinderen in het grootste deel van de westerse wereld streng verboden. In andere culturen en landen (China, Japan, Mexico, India) bleef het in sommige kringen echter nog lang geaccepteerd. 

Ook in het Westen was die negatieve houding onder invloed van de economische en culturele veranderingen aan veranderingen onderhevig. Nog in de jaren zeventig van de vorige eeuw pleitte Eerste Kamerlid Brongersma voor het verlagen van de leeftijd waarop seksuele contacten mochten plaatsvinden tot twaalf jaar (Brongersma 1993) en zijn mening werd vrij breed gedeeld. 

De schadelijkheid van pedoseksuele relaties werd in twijfel getrokken (Santfort 1981) of zelfs geheel ontkend (Möller 1983). Op televisie kon in discussieprogramma’s met pedofielen gesproken worden over de onschadelijkheid ervan. 

Hier kwam in de jaren negentig een einde. De manier waarop naar kinderen werd gekeken veranderde. Werden zij eerder als kleine volwassenen gezien (die konden werken, seks hebben en verantwoordelijkheid dragen als volwassenen), toenemend werd het specifiek kinderlijke herkend. 

Kinderen zijn anders dan volwassenen; zij denken, voelen en beoordelen situaties anders dan volwassenen. Hun hersenen zijn nog niet volledig ontwikkeld; voor hun zestiende jaar kunnen kinderen nog niet overzien waar zij ‘ja’ tegen zeggen als ze instemmen met een seksuele relatie met een volwassene. Pedoseksualiteit zou slecht zijn voor een kind, los van de beleving ervan door het kind ten tijde van het seksueel contact. 

De gruwelijke misdaden van Marc Dutroux en de publiciteit daaromheen heeft het veroordelen van alles wat naar pedoseksualiteit riekt daarna aangewakkerd.

Pedoseksualiteit en pedofilie werden in de media gelijkgesteld. De straffen en maatregelen ter voorkoming van pedoseksuele relaties zijn sindsdien alleen strenger geworden. Het werd een zeer ongewenste relatie. Een afgewogen en op feiten gebaseerde beoordeling van pedofiele relaties werd steeds minder mogelijk. 

In dit artikel ... 

... zal ik de pedofiele relatie van verschillende kanten belichten. 

  • Wat zoekt de pedofiel in de relatie, wat het kind? 
  • Pedoseksuele contacten zijn verboden omdat ze schadelijk zouden zijn. Maar wat veroorzaakt die schade? 
  • En wat is de mogelijke schade die de strafbaarheid ervan veroorzaakt? 

Ik zal hierna beschrijven 

  • wat pedofilie is en hoe een pedofiele relatie meestal ontstaat. 
  • Daarna komt de strafbaarheid van pedoseksualiteit aan bod en de gevolgen daarvan voor de pedofiel. 
  • Ten slotte beschrijf ik hoe in de pedofiele relatie de elementen verlangen en liefde, manipulatie en geheimen op elkaar inwerken. 

De beschrijving van de dynamiek van de pedofiele relatie in dit artikel is voor een groot deel gebaseerd op mijn klinische ervaringen in het behandelen van pedoseksuele mannen gedurende de afgelopen dertig jaar. 

Pedofilie is ... 

... volgens de definitie van de DSM-5 een intense recidiverende seksuele opwinding (fantasieën, drang, gedrag), met betrekking tot seksuele handelingen met een prepuberaal kind (meestal tot dertien jaar) gedurende minstens zes maanden (waarbij de dader minstens zestien jaar oud is, en er vijf jaar leeftijdverschil is) (APA, 2014). 

Wanneer het om mensen met een seksuele interesse voor adolescenten gaat, is dat dus geen pedofilie. Deze seksuele voorkeur voor jongeren tijdens hun seksuele ontwikkeling wordt hebefilie genoemd. En wanneer gesproken wordt over pedoseksualiteit gaat het doorgaans over alle strafbare seksualiteit met kinderen onder de zestien jaar. 

Deze definitie vertelt maar het halve verhaal

Bij pedofielen is er naast de seksuele verlangens doorgaans ook een wens tot een emotionele relatie met een kind: de pedofiel geeft om het kind en wil graag kind zijn met de kinderen. Dit wordt emotionele congruentie genoemd. Een pedofiele relatie hoeft dus ook geen feitelijke seks te bevatten, hoewel de volwassene het verlangen daartoe wel zal voelen. 

In een pedofiele relatie zoekt de volwassene een vriendje, 

  • bij wie hij zichzelf jong kan voelen, 
  • die hij kan onderwijzen, helpen en verwennen, 
  • waarmee hij kan stoeien. 

Of er ook seksuele handelingen bij komen, zal afhangen van 

  • de normen en waarden waar de volwassene in gelooft, 
  • de controle die hij heeft over zijn seksuele verlangen, 
  • of hij een exclusieve seksuele interesse in kinderen heeft of ook in volwassenen, en 
  • hoe zijn leven er verder uit ziet: 
    • heeft hij ook volwassen relaties en vrienden, 
    • staat hij evenwichtig in het leven? 

In de klinische praktijk ... 

... zien we dat de leeftijd waarop de eerste keer tot seksuele handelingen wordt overgegaan dikwijls pas begin dertig is. De meeste pedofielen leven vele jaren met deze gevoelens zonder ernaar te handelen. Maar doordat de man [*1] bijvoorbeeld slecht in zijn vel komt te zitten, te veel gaat drinken of sociaal geïsoleerd raakt, of omdat dat ene vriendje zo bijzonder wordt dat hij zijn verlangen niet meer kan beheersen, kan hij ten slotte te ver gaan en komt het tot seksueel misbruik. 

[*1] Vrouwelijke pedofielen zijn er – voor zover bekend – heel weinig. Het gaat dan vooral over misbruikers en niet over een specifieke seksuele voorkeur van de plegers, die doorgaans veel psychiatrische problematiek kennen.

Ook het kind zoekt wat in de pedofiele relatie: een oudere vriend, bij wie hij altijd terecht kan, [*2] voor wie hij speciaal is, die hem helpt of waar hij dingen mag doen (drinken, roken) die hij thuis niet mag. 

[*2] In verband met de leesbaarheid wordt het kind steeds ‘hij’ genoemd, maar bij pedofiele relaties kan het zowel over jongens als meisjes gaan.

Deze jongeren zijn dikwijls kwetsbaar of onzeker tussen leeftijdgenoten en voelen zich bevestigd en gestreeld door de aandacht van de volwassene. Maar het omgekeerde komt ook voor. Bij adolescenten zien we soms dat juist spanning gezocht wordt, geld, of macht. Dan heeft de jongere vaak meer de regie dan de volwassene en is er het gevaar dat de volwassene emotioneel of financieel gechanteerd wordt door de  jongere. 

In de literatuur ... 

... is de pedofiele relatie vele keren beschreven (zie bijvoorbeeld de egodocumenten van onder andere Ted van Lieshout, Rudy van Dantzig of Margaux Fragoso). Daarin wordt op vaak invoelbare en schrijnende wijze beschreven hoe zij slachtoffers worden in het grooming proces (het ‘inpalmingsproces’, zie Mulder 2006) in de relatie met de volwassene, en de verwarring en ambivalentie die het seksueel contact de jongere geeft. 

Boeken vanuit de volwassene geschreven gaan dikwijls over het idealiseren van de schoonheid van jongeren en de erotische opwinding die ze teweegbrengen (Jan Hanlo, Gerard Reve). De affectieve relatie komt daar op de tweede plaats. 

Het bekendste boek waarin een pedofiele relatie door een buitenstaander beschreven wordt is Lolita (Vladimir Nabokov), waarin de interactie tussen de man en het adolescente meisje wordt beschreven en de ingewikkelde machtsverhouding die tussen hen ontstaat. 

Kenmerkend is dat macht in alle pedoseksuele relaties een centrale rol speelt, waarin daders en slachtoffers elkaar (ook) gebruiken of zich laten gebruiken.

Dwang en/of vrijwilligheid 

Dit brengt ons op het punt van de vrijwilligheid of onvrijwilligheid van de pedofiele relatie. Wanneer fysieke dwang, chantage of andere vormen van bewuste manipulatie door de volwassene gebruikt wordt om het kind tot seksuele handelingen te krijgen is de onwenselijkheid en schadelijkheid ervan duidelijk. De volwassene wil iets van het kind en zorgt ervoor dat te krijgen, zonder rekening te houden met het kind, dat er op enigerwijze door beschadigd raakt.

In verreweg de meeste gevallen wordt echter geen fysieke dwang uitgeoefend om tot een seksuele relatie te komen en werkt de jongere hier ‘vrijwillig’ aan mee (Smallbone & Wortley 2000). 

  • Maar wanneer machtsongelijkheid een centraal kenmerk van de pedofiele relatie is, in hoeverre kan deze dan vrijwillig zijn? 
  • Wanneer de jongere geen ‘informed consent’ kan geven, is hij dan niet altijd gedwongen? 

Elders heb ik geschreven hoe deze ‘vrijwillige’ relatie zich ontwikkelt (Mulder 1996). In de zogenoemde ‘trechter van Mulder’ worden de fasen beschreven die doorlopen worden in het grooming proces van kennismaking tot steeds grotere intimiteit. 

In eerste instantie bestaat tussen de volwassene en het kind een zekere afhankelijkheidsrelatie. De volwassene heeft meer kennis, geld en spullen, ervaring en overwicht. In het contact komt vervolgens een grotere vertrouwelijkheid tussen de volwassene en het kind. Het klikt en het kind krijgt een luisterende en adviserende vriend. Hij wordt uitgenodigd langs te komen en doet dat ook. 

Na enige tijd wordt de relatie speciaal. Wat de volwassene en het kind hebben, heeft het kind niet met andere kinderen en volwassenen. Hij praat over intieme en persoonlijke zaken. De volwassene wordt steeds belangrijker voor het kind. Vervolgens krijgen de volwassene en het kind samen geheimen. Dit versterkt de speciale band. Het kind mag bijvoorbeeld bij de volwassene roken, drinken, naar porno kijken, iets wat hij thuis niet mag. Maar hij kan ook praten over zaken waar hij met zijn ouders of leeftijdgenoten niet over durft te praten, zoals over seksualiteit. 

De laatste stap, naar de seks, is dan nog maar een heel kleine en wordt dikwijls spelenderwijs genomen. Deze past als een vanzelfsprekende stap in de gegroeide intimiteit. 

Opvallend is dat in deze trechter de beide zijkanten naar elkaar toe gezogen lijken te worden. Niet alleen het slachtoffer wordt naar de pleger getrokken, omgekeerd is dit ook zo. Ook worden anderen steeds meer buitengesloten en wordt het contact steeds exclusiever. Pleger en slachtoffer zitten samen in dit proces, zij het dat de volwassene er de verantwoordelijkheid voor en in de meeste gevallen ook de regie over heeft en de jongere een complementaire rol speelt. 

Voor kinderen kan een speciale relatie met een volwassene volledig onschadelijk of zelfs heilzaam zijn. Pas als er sprake is van geheimen, van het buiten sluiten van anderen, is het schadelijk (Finkelhor 1979). Pas na de seksuele handelingen is het strafbaar. 

Wanneer is sprake van een pedofiele relatie? 

In de fase van de vertrouwelijkheid en de speciale band kan er bij de volwassene al verliefdheid of een sterke seksuele aantrekking zijn. Doorgaans zal de jongere pas later met het intimiteits- en seksuele aspect van het contact worden geconfronteerd. 

De pedofiele relatie lijkt een kwestie van definitie te zijn. 

  • Is van een pedofiele relatie pas sprake als volwassene en kind weten dat zij een op verliefdheid of seks gebaseerde band hebben? 
  • Of kan de pedofiele relatie ook bestaan uit een speciaal contact tussen een volwassene en een kind waarin de volwassene deze verlangens heeft en het kind idealiseert en over hem fantaseert, maar er niet naar handelt – en dat terwijl het kind zich daar niet bewust van is? 

Het strafrecht 

Een pedofiele relatie zonder seksuele handelingen is niet strafbaar. Letterlijk zegt de wet: 

"Hij die met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen pleegt die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie." (artikel 244 Wetboek van Strafrecht) 
En: 
‘Hij die met iemand, die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen pleegt die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van de vijfde categorie." (artikel 245 Wetboek van Strafrecht) 

Het gaat bij de strafbaarheid dus om de seksuele handelingen, niet om de affectieve band tussen de volwassene en het kind. Een pedofiele relatie is dus niet verboden en zal vermoedelijk veel vaker voorkomen dan gedacht wordt. Pas als de volwassene tot handelen overgaat, gaat het pedofiele over in het pedoseksuele, gaat het ‘speciale’ over in ‘geheimen’ en ‘seks’ en is sprake van een misdrijf. 

In de behandeling van mannen die misbruik hebben gepleegd, horen we vaak dat de verliefdheid en seksuele opwinding naar een jongere al lange tijd bestond voordat het tot seksuele handelingen kwam. 

In eigen onderzoek onder 53 pedoseksuele delinquenten bleek dat van de misbruikplegers 

  • 52% het van zichzelf afkeurde deze gevoelens te hebben. Ze schaamden zich ervoor en voelden zich schuldig. 
  • 50% van hen verlangde langer dan een maand naar een kind voor tot handelen over te gaan en 
  • 38% zelfs langer dan een jaar (Van Horn & Mulder 2012). 

Pedoseksuele verlangens zijn opwindend maar ook eng, of slecht: het eraan toegeven brengt voor de volwassene grote risico’s mee (wanneer het uitkomt) en zijn voor de jongere schadelijk (want geheim). 

De straffen voor pedoseksueel gedrag liggen in Nederland lager dan in andere Angelsaksische landen, gemiddeld 1,2 jaar gevangenisstraf (CBS). Er wordt eerder in behandeling geloofd. Voor ernstig seksueel misbruik kan de tbs-maatregel worden opgelegd, die tien jaar of zelfs levenslang kan duren. 

Het overgrote deel van de veroordeelden krijgt echter een ambulante vorm van behandeling opgelegd. De behandeling sluit aan bij de schaamte en het schuldgevoel, en de mannen zijn dan ook doorgaans gemotiveerd voor een behandeling. 

Het verloop van de pedofiele relatie 

Voor kinderen, en in het bijzonder voor kwetsbare, gevoelige kinderen, is een steunende en liefdevolle relatie met een volwassene erg belangrijk en betekenisvol. Het is fijn begrepen en gesteund te worden. Fijn om welkom te zijn, cadeautjes te krijgen, te stoeien en geholpen te worden met huiswerk of hobby’s.

Pedofiele mannen zijn daar goed in omdat ook zij het fijn vinden deze zaken met kinderen te delen en vaak treffen ze de toon die kinderen aanspreekt. Van pedofiele mannen hoor je vaak dat kinderen op hen afkomen als ‘vliegen op de honing’, en waarschijnlijk is dat ook zo. 

Waar veel volwassenen het leuk vinden even met een kind te praten en zich dan op andere volwassenen te richten, zal een pedofiel vooral geïnteresseerd zijn in de belevingswereld van het kind; hij zakt door zijn knieën om op gelijke hoogte met het kind te komen. Hier wordt de basis voor de vertrouwelijkheid gelegd. 

De vervolgstappen laten zich raden: elkaar vaker zien, bij elkaar over de vloer komen, eventueel huisvriend of favoriete oom of buurman worden, en zo worden de stappen naar een steeds intiemer en persoonlijk contact doorlopen. 

Het cruciale verschil in de relatie van het kind en de volwassenen is de rol van seksualiteit. De volwassene heeft seksuele gevoelens voor het kind en zijn gedrag in het contact wordt er mede door gedreven. Het kind zal tot het seksuele verleid gaan worden maar heeft daar in eerste instantie geen interesse in. Ze zullen zo nodig meedoen om de man een plezier te doen, om iets terug te doen voor al zijn aandacht. Daarna voelen ze zich schuldig, maar kunnen voor hun gevoel niet meer terug (Nicolai 1998). 

Bij pubers kan dit anders liggen. Een pedofiel vertelde dat hij, toen hij dertien jaar oud was, bij de scouting met jongens onderling seksuele spelletjes aan het doen was toen een scoutingleider (van begin veertig) onverwachts binnenkwam. Daarna had deze man gedurende enkele jaren zeer regelmatig seks met hem. Hij vertelde ook dit als erg prettig beleefd te hebben. Of zijn eigen seksueel grensoverschrijdend gedrag later hiermee in verband staat, is niet met zekerheid te zeggen, maar zeer goed mogelijk. 

Bij pubers en adolescenten zijn – in tegenstelling tot kinderen onder de twaalf – de pedoseksuele relaties soms voor de jongere spannend, consumptief en egocentrisch. Zij zitten er niet zo mee, maken er geen geheim van en stoppen ermee als de lol er af is. 

Sommige jongens zijn zelfs exploiterend naar de pedofiel. Zij zoeken seks met hem en chanteren hem daarna of roven zijn huis leeg en mishandelen hem. Als hij daarvan dan aangifte doet, wordt hij zelf aangehouden. Bij deze jongeren is geen sprake van een relatie waar ook affectie bij komt. 

Kinderen ervaren de pedoseksuele relatie – door het geheime en speciale ervan – als extra intens en levensbepalend. De schade is na de beëindiging ervan dan ook meestal groot. In het beste geval beëindigt het kind de relatie omdat hij het niet meer leuk vindt. De man en de jongere blijven dan soms nog jaren vrienden. Maar vaak is deze beëindiging gedwongen (door aanhouding) of eenzijdig door de volwassene. 

Na het uitkomen van de relatie en de aanhouding van de pedofiel is schuld- en schaamtegevoel bij de jongere niet ongewoon. Hij zat ook gevangen in de trechter. Hij voelt zich medeplichtig, maar ook mist hij de volwassene, de aandacht, warmte en steun. Pas nadat het kind de ongelijkheid van het contact en het misbruik dat de volwassene van hem gemaakt heeft, doorziet, kan hij er afstand van gaan nemen. Voor het verwerken ervan is het bespreken en delen van zijn gevoelens daarover essentieel. 

De pedoseksuele relatie is per definitie eindig. Als het kind te oud wordt, is het seksueel niet meer aantrekkelijk voor de pedofiel. Vaak verplaatst zijn aandacht zich naar een jonger kind en wordt het ‘vriendje’ aan de kant gezet. Het kind kan zich dan enorm afgewezen en waardeloos voelen, alsof het de volwassene alleen om de seks ging. Ook dan kan het geheime ervan een extra belemmering vormen om met deze gevoelens om te gaan. 

De ‘ongewenste’ pedofiele relatie 

De pedoseksuele relatie is in verschillende opzichten problematisch. 

In de eerste plaats is na de tolerante jaren zeventig duidelijk geworden dat kinderseksualiteit niet zo onschadelijk is als gedacht werd. Kinderen beleven seksualiteit en de relatie met de ander anders dan een volwassene, en te vroege seksuele ervaringen kunnen de ontwikkeling van het kind blijvend beïnvloeden.

Daarbij is vooral bij jongere kinderen (onder de tien) de schade groter dan bij oudere. Vergeleken met andere kinderen zullen zij vaak vroeger en meer masturberen en over seks fantaseren, een lager gevoel van eigenwaarde hebben en ontevredener en minder succesvol zijn in hun volwassen seksuele leven (Cale e.a. 2014). 

Verder is de overtuiging gegroeid dat een kind door het stadium van zijn psychische ontwikkeling tot een bepaalde leeftijd geen afgewogen en volledig geïnformeerde keuze kan maken voor seksueel contact met een volwassene (‘informed consent’). De leeftijd waarop het kind dat wel kan, wordt in verschillende landen anders beoordeeld, maar ergens wordt een grens gesteld. Daar onder is een dergelijk contact strafbaar. 

Die strafrechtelijke, maar zeker ook de daarmee samenhangende maatschappelijke veroordeling, bepaalt voor een groot deel een pedofiele relatie wanneer die toch ontstaat en speelt mee in de ‘ongewenstheid’ ervan. 

Het geheime van het contact maakt dat de jongere zijn ervaringen niet met vrienden en ouders kan delen. Het geeft het kind een macht die hij niet aankan (‘Als je niet doet wat ik wil, vertel ik het mijn ouders’) en de volwassene macht over het kind (‘Als je niet doet wat ik wil, vertel ik het je ouders’). 

De constante dreiging van het uitkomen van de relatie met de daarbij komende consequenties (de volwassene de gevangenis in, het kind slachtoffer, onbegrepen, verlaten) kleurt en bepaalt de relatie. Het in zijn eentje moeten verwerken en plaatsen van de – vaak eerste en verwarrende – seksuele ervaringen, is moeilijk voor het kind en maakt de kans op beschadiging groot. 

Vervolgens is er de schade die het kind oploopt nadat de relatie op welke wijze dan ook aan het licht komt. Als het kind dit zelf doet, is schuldgevoel daarover meer regel dan uitzondering (Nicolai 1998). Een deskundige opvang daarna kan de schade beperken, maar ouders en omgeving in paniek, politie aan de deur, politieverhoren en door klasgenoten nagewezen worden, maken verwerking zeer ingewikkeld. 

Als de pedofiele relatie door ánderen aan het licht komt, zijn verwijten van medeplichtigheid, of boosheid over het niet gemeld hebben, niet ongewoon. En het kind is het daarmee eens: hij hád het ook moeten melden, hij hád weg moeten lopen en nu zit zijn vroegere vriend in de gevangenis. Dat het kind gemanipuleerd is en geen verantwoordelijkheid kon dragen voor de relatie, wordt door hemzelf vaak niet gevoeld. 

Conclusie 

Kan een gewenste (of niet ongewenste) pedofiele relatie bestaan? 

Zodra de affectieve relatie tussen de volwassene en het kind een seksuele uitingsvorm krijgt, denk ik – op basis van het hierboven beschrevene – van niet. Maar pedofiele relaties zonder seks bestaan en kunnen erg waardevol zijn voor een kind. Het hebben van een oudere vriend, om mee te praten, te vissen en naar muziek te luisteren, kan het kind door moeilijke tijden heen helpen en hem ervaringen meegeven waar hij in zijn ontwikkeling veel aan heeft. 

Er zijn heel wat boeken en films over deze positieve kind-met-oudere-man-relaties (bijvoorbeeld Gran Torino van Clint Eastwood; Finding Forrester van Gus van Sant). 

Of die man dan pedofiel is of niet, is daarin niet belangrijk. 

  • Respect voor de grenzen in het contact, 
  • het belang van het kind voorop stellen, en 
  • rekening houden met roddelende buren zijn daarbij wel voorwaarden,
  • evenals het verstand en de zelfbeheersing om ook op moeilijker momenten niet aan seksuele verlangens toe te geven. 

De pedofiele relatie kan dus best gewenst zijn, de pedoseksuele niet. 

Literatuur 

American Psychiatric Association (APA) 2014 APA, DSM-5. Handboek voor de classificatie van psychische stoornissen, Amsterdam: Uitgeverij Boom 2014.

Brongersma 1993: E. Brongersma, Jongensliefde: seks en erotiek tussen jongens en mannen. Deel 2: schaduwzijden, bevrijding, erotiek, Amsterdam: SUA 1993. 

Cale e.a. 2014: J. Cale, B. Leclerc & S. Smallbone, ‘The sexual lives of sexual offenders: the link between childhood sexual victimization and non-criminal sexual lifestyles between types of offenders’, Psychology, Crime & Law, vol. 20, Nos 1-2, 2014, p. 37-60. 

Finkelhor 1979: D. Finkelhor, Sexually victimized children, New York: Free Press 1979. 

Horn & Mulder 2012: J. Horn & J. Mulder, ‘Who are these guys?’, Presentatie van onderzoeksproject De Waag op IATSO congres in Berlijn 2012. 

Möller 1983: M. Möller, Pedofiele relaties, Deventer: Van Loghum Slaterus 1983.

Mulder 2004: J. Mulder, ‘“Het leukste van de krant is de krantenjongen”. Groepsbehandeling bij plegers van pedoseksuele delicten’, in: B. Deneer (red.), Bijzondere groepen, Houten: Bohn Stafleu Van Loghum 2004. 

Mulder 2006: J.R. Mulder, ‘Pedofilie’, in: Handboek kinderen en adolescenten, Houten: Bohn Stafleu Van Loghum 2006. 

Nicolai 1998: N. Nicolai, In de Arena. Over gender, grenzen, geweld en zorg, Amsterdam: Van Gennep 1998. 

Sandfort 198:1 Th. Sandfort, Het seksuele aspekt van pedofiele relaties, Ervaringen van jongens, Utrecht: Universiteit Utrecht 1981. 

Smallbone & Wortley 2000: S. Smallbone & R. Wortley, Child sexual abuse in Queensland: Offender characteristics and modus operandi, Queensland Crime Commission, Brisbane, 2000. 

Bellettrie 

Rudi van Dantzig, Voor een verloren soldaat, Amsterdam: Singel pockets 1994. 

Margaux Fragoso, Tiger tiger, Parktown North: Penguin books South Afrika 2011.

Ted van Lieshout, Mijn meneer, Amsterdam: Singel Uitgeverijen 2012. 

Vladimir Nabokov, Lolita, Parijs: Olympia Press 1955. 

Gerard Reve, Bezorgde ouders, Amsterdam: Uitgeverij Veen 1988.

Start ] Omhoog ]